Résumé : |
Kan je een misdrijf constructief oplossen door dader en slachtoffer meer inspraak te geven? De invoering van bemiddeling in strafzaken in 1994 wil de werklast bij rechtbanken verminderen, een snellere afhandeling van zaken en een beter antwoord op misdrijven bieden. Maar van meet af aan roept bemiddeling in strafzaken ook vragen op. Krijgen slachtoffers te veel inspraak? Of komen daders er te makkelijk vanaf? Voor welke misdrijven is bemiddeling wél of niet geschikt? Vandaag, twintig jaar later, maken we de balans op. Dit boek bundelt bijdragen van magistraten, wetenschappers, beleidsmedewerkers en justitieassistenten. Zij geven inzicht in de huidige werking van bemiddeling in strafzaken, brengen recente cijfers en evoluties, en bespreken actuele thema’s uit het lopende debat. Kortom, een rijk gevuld boek voor ieder die meer wil weten over bemiddeling in strafzaken in België. [Voorstelling van de uitgever]
|
Est-il possible de répondre de façon constructive à une infraction en favorisant la participation de l’auteur et de la victime ? L’introduction de la médiation pénale en 1994 entendait diminuer la charge de travail des tribunaux, favoriser un traitement plus rapide des affaires et offrir de meilleures réponses à la délinquance. Mais dès son introduction, la médiation pénale a suscité un certain nombre de questions. Les victimes bénéficient-elles d’un trop grand espace de participation ? Les auteurs se donnent-ils bonne conscience à bon compte ? Pour quelles infractions la médiation est-elle – ou non – appropriée? [Présentation de l'éditeur] |